Meditatie Vernieuwde krachten

Maar wie de HEERE verwachten,
zullen hun kracht vernieuwen.
Jesaja 40:31a

Hoe is het mogelijk om in moedeloze tijden nieuwe kracht te krijgen om verder te kunnen gaan? De tekst boven deze meditatie staat in een gedeelte waaruit blijkt dat het volk echt moedeloos geworden is. Het lijkt wel alsof de Heere ons totaal vergeten heeft, alsof de gebeden niet aankomen en niet gehoord worden. Het volk is in ballingschap gegaan en ziet geen uitweg meer. De harpen hangen al een tijd aan de wilgen en de schouders hangen gelaten naar beneden.

Waar haal je de moed vandaan?
Bij de Heere!, profeteert Jesaja 40 ons. Die de Heere verwachten, zullen de kracht vernieuwen. Zij krijgen nieuwe moed en krachten, die hopend op Hem wachten. “Maar wie de Heere verwachten, zullen hun kracht vernieuwen.” In vers 29 zegt de Heere: “Hij geeft de vermoeide kracht en Hij vermeerdert de sterkte van wie geen krachten heeft.” Dat is het wonder van de kracht die de Heere geeft. De Heere is in het geven van deze nieuwe kracht niet afhankelijk van een sterk karakter dat zo snel het hoofd niet in de schoot legt. Het gaat hier om een kracht die de Heere geeft en die in afhankelijkheid van Hem ontvangen wordt. Want jonge en krachtige mensen zullen moe en afgemat worden (vs. 30). Wie sterk staat in eigen kracht zal vroeg of laat aan het einde van zijn krachten komen. Maar juist aan degenen die zelf niet meer verder kunnen, en toch in vertrouwen omhoogzien naar de Heere, die ontvangen van Hem vernieuwing van deze kracht.

Waar komt die kracht vandaan?
Van de HEERE. Zoals vers 28 zegt: van de HEERE, de Schepper van de einden der aarde, Die niet moe en niet afgemat wordt. Er is geen doorgronding van Zijn verstand. De Heere is de almachtige Schepper. Het kostte Hem geen moeite om de wereld uit niets tevoorschijn te roepen. Hij sprak en het was er. Hij is er niet moe van geworden. Heeft Hij als de Schepper van alle dingen niet alle macht? Zou voor Hem iets te wonderlijk zijn? Zijn verstand is niet te doorgronden. Hij is zo hoog en heerlijk dat wij Hem niet kunnen doorgronden. Zijn wegen zijn hoger dan onze wegen, Zijn gedachten hoger dan onze gedachten (Jes. 55:8-9). Als onze voet langs (voor ons) onbegaanbare wegen moet gaan, kunnen wij het niet doorgronden. Maar Hij is wel de almachtige, de Heilige. Hij is met niemand te vergelijken (vs. 25).
Hij geeft nieuwe levenskracht aan wie Hem verwachten. Zelf kun je niet meer. In eigen kracht kun je niet verder. Maar wie in vertrouwen op de Heere ziet, die krijgt kracht om verder te gaan. Hem verwachten betekent: geloven dat Hij de Schepper is en dat Hij alles regeert. Dat we Hem niet kunnen doorgronden, maar dat we wel geloven dat Hij alles regeert, ook ons leven. En dat Hij Zijn Woord waarmaakt. Dat Hij zelfs in de donkerste wegen nabij wil zijn. Uit genade.

In het verwachten van de Heere ligt nieuwe moed en nieuwe kracht. Hij kan het zo maken, dat je zelfs met lichte tred verder mag. Denk maar aan Habakuk, die juichte te midden van chaos, moeite en zorg. Hij maakt mijn voeten als der hinden (Hab. 3:19). “Zij zullen snel lopen en niet afgemat worden, zij zullen lopen en niet moe worden.” (Jes. 40:31b).
Dat wil en zal de Heere geven, aan wie Hem verwachten. Die nieuwe kracht ervaren we niet zo vaak op het eerste gebed. Verwachten betekent ook wachten, blijvend opzien, niet opgeven te vragen. Verwachten betekent niet: misschien komt het, misschien ook niet. Verwachten betekent: bij een opengeslagen Bijbel de handen vouwen, steeds weer, overdenkend wat de Heere zegt in Zijn Woord. Hij is de grote Schepper van alle dingen. Wie op Hem vertrouwt, komt niet beschaamd uit. De Heere verwachten is: hopen op Hem, vertrouwen dat Hij zal doen wat Hij heeft beloofd.
Laten we ons in dit wachten op de Heere oefenen. “Ik blijf den Heer’ verwachten, mijn ziel wacht ongestoord. Ik hoop, in al mijn klachten op Zijn onfeilbaar Woord.” (Ps. 130).